Kies uw kerk

Preek van de week

Bezinning door het jaar - vijftiende zondag door het jaar B - 13 en 14 juli 2024

OVERWEGING

Vandaag horen we hoe Jezus zijn leerlingen de wereld inzendt met een opdracht. Als ze van deze zending terugkomen, zullen ze rapport uitbrengen over wat ze meegemaakt hebben. Wanneer Jezus zijn leerlingen uitzendt, geeft Hij hen niet alleen een opdracht, Hij geeft hen macht over onreine geesten. Dan staat er: Zij dreven veel duivels uit, zalfden veel zieken met olie en genazen hen.

Jezus zendt zijn leerlingen uit met het oog op de mensen die zij zullen ontmoeten. Dat is wat we noemen: een pastorale zending. Zijn leerlingen moeten oog krijgen voor de nood van de mensen. Dat is iets nieuws in de tijd van Jezus; dat een rabbi zijn leerlingen, zijn volgelingen uitzendt om iets goeds voor mensen te doen. Of de mensen die zij ontmoeten dan geestelijk verward zijn, met vreemde ideeën rondlopen, psychisch belast zijn of van ziekten en armoede te lijden hebben: de leerlingen moeten oog krijgen voor de nood van de mensen en daar iets aan doen. Om die twee dingen gaat het, het leren zien en er iets aan doen. Daartoe gaf Jezus macht over onreine geesten.

Wanneer de leerlingen op pad gaan, doen ze dat werk niet uit zichzelf. Het is niet hun eigen bekwaamheid. Het waren vissers, een tollenaar en nog wat anderen. Het waren geen geneesheren van huis uit. Nee, ze doen hun nieuwe werk vanuit Christus. Zij brengen de Boodschap van Christus bij de mensen en die Boodschap is genezend, is herstellend, die verdrijft boze geesten, ongezonde gedachten en waanideeën. Wanneer ze de Boodschap van Christus brengen, worden mensen gezond. Er gebeurt van alles. Dat gebeurt niet vanuit hun eigen kracht, maar omdat ze Jezus bij de mensen brengen, zijn leer, zijn Boodschap en daarbij goede dingen voor de mensen doen.

Daarbij moeten ze nog iets leren. Want omdat ze dat niet vanuit zichzelf doen en ook niet voor zichzelf, maar vanuit God en voor God (Pro Deo), moeten ze erop leren vertrouwen dat God voor hen zorgt. We noemen dat Voorzienigheid. Ze moeten leren vertrouwen op Gods Voorzienigheid.

Elke tijd opnieuw moeten we nadenken: Waar was Jezus nu eigenlijk mee begonnen en wat was het nieuwe van zijn zending?
Het nieuwe in de uitzending die we vandaag horen is dat Jezus oog heeft voor mensen op een nieuwe manier. De leerlingen moeten net als Israël in de woestijn leren vertrouwen op Gods voorzienigheid. Alleen een stok, vanwege de wandeltocht, vanwege straathonden en wolven. Maar geen voedsel. Dat betekent dat er voor hen gezorgd zal worden. Ze zullen te eten krijgen. Geen kopergeld in hun gordel, kopergeld was waardevast in die tijd. Waar je komt, zullen de mensen je ook iets geven. Je mag sandalen dragen. Blote voeten op de hete wegen is niet aan te raden. Geen dubbele kleding, geen extra reserve. Nee, God zal voor je zorgen. Ben je ergens te gast, blijf daar dan, ga niet shoppen, denk niet: “misschien ben ik daar beter af of daar”. Je komt om iets goeds te brengen en goed is goed genoeg.

“Zij vertrokken om te prediken dat men zich moest bekeren. Zij dreven veel duivels uit, zalfden veel zieken met olie en genazen hen”. Dat is hun en ons werk. Voor onze tijd is dat lastiger geworden, want dokters en ziekenhuizen heb dit werk in zekere zin overgenomen. De eerste Christenen en later zusters en paters, hebben dit werk van Jezus voortgezet en scholen, ziekenhuizen en caritas opgebouwd. Veel van dit werk heeft de overheid de afgelopen eeuwen overgenomen. Hebben wij dan niets meer te doen? Wij hebben nog steeds deze zending: Oog hebben voor de nood van de mensen. Laten de sociale diensten en de scholen en de ziekenhuizen hun werk doen, wij kunnen nog steeds oog hebben voor de mensen om ons heen. Zien waar nood is. In onze tijd is eenzaamheid zoiets, eenzaamheid is dodelijk, mensen verdrijven de eenzaamheid met de televisie, maar dat is vaak geen goed voedsel. Wij kunnen tijd maken om eenzaamheid op te heffen. Of om mensen te halen en te brengen naar de kerk. Er zijn veel dingen die we zouden kunnen doen, zonder dat we daarmee in de wielen rijden van artsen of anderen.

Zo kunnen we meewerken aan catechese. Catechese is een middel om onzuivere geesten, de verkeerde ideeën van onze tijd te bestrijden en te overwinnen. Er is van alles wat wij kunnen doen. Maar eerst geldt dat ieder van ons zich persoonlijk door Jezus aangesproken voelt, net als die leerlingen in het evangelie: Ik roep jou, Ik zend jou. Jij bent in Mij gedoopt, jij bent in Mij gevormd, je deelt mijn Eucharistie, je deelt mijn leven. Deel dan ook mijn goedheid uit aan anderen. Dat is wat wij hier in de Mis komen doen. Zijn leven delen om vanuit Hem naar de mensen toe te gaan. Zo heeft Hij zijn leerlingen toen uitgezonden en zo wil Hij ons, zijn leerlingen ook nu weer uitzenden. Daar hoef je niet zoals zijn leerlingen jong voor te zijn, twintigers en dertigers, dat kan ook op je twaalfde en ook op je tachtigste. Goed-doen is niet leeftijdgebonden.


https://hagenpreken.nl/Preken/... bewerkt TS

Schriftlezingen van deze zondag



VIJFTIENDE ZONDAG DOOR HET JAAR

EERSTE LEZING Am., 7, 12-15

Uit de Profeet Amos


In die tijd zei Amasja (de priester van Bethel) tot Amos: “Ziener, u moet maken dat u wegkomt! Verdwijn naar Juda en verdien daar uw brood maar met profeteren! Hier in Betel mag u niet meer profeteren want dit heiligdom is van de koning en dit gebouw van het rijk." Amos gaf Amasja ten antwoord: “Ik ben geen profeet of lid van een profetengilde, ik ben veehoeder en vijgenkweker. Maar de Heer heeft mij achter mijn beesten weggehaald en het is de Heer die mij gezegd heeft: “Trek als profeet naar mijn volk Israël."


TUSSENZANG Ps. 85 (84), 9ab- 10, 1 1-12, 13-14


REFR: Laat ons uw barmhartigheid zien, geef ons uw heil, o Heer.


Aanhoren zal ik wat God tot mij zegt, voorzeker een woord van verzoening. Zijn heil is nabij voor hen die Hem vrezen, zijn glorie komt weer bij ons wonen.

Als trouw en erbarmen elkaar tegemoet gaan, als vrede en recht elkander omhelzen; Dan zal de trouw uit de aarde ontspruiten, en ziet uit de hemel gerechtigheid neer.

Dan zal de Heer ons zijn zegen schenken en draagt ons land rijke vrucht. Dan zal voor Hem uit gerechtigheid gaan en voorspoed zijn schreden volgen.


TWEEDE LEZING Ef., 1, 3-14 of 3-10


Uit de brief van de heilige apostel Paulus aan de christenen van Efeze


Broeders en zusters, Gezegend is God, de Vader van onze Heer Jezus Christus, die ons in de hemelen in Christus heeft gezegend met elke geestelijke zegen. In Hem heeft Hij ons uitverkoren voor de grondlegging der wereld, om heilig en vlekkeloos te zijn voor zijn aangezicht. In liefde heeft Hij ons voorbestemd zijn kinderen te worden door Jezus Christus, naar het welbehagen van zijn wil, tot lof van de heerlijkheid van zijn genade. Hiermee heeft Hij ons begiftigd in de Geliefde, in wie wij de verlossing hebben door zijn bloed, de vergiffenis der zonden dank zij de rijkdom van zijn genade. Die heeft Hij ons meegedeeld als een overvloed van wijsheid en inzicht. Want Hij heeft ons zijn geheim raadsbesluit doen kennen, de beslissing die Hij in Christus had genomen ter verwezenlijking van de volheid der tijden: het heelal in Christus onder een Hoofd te brengen, alle wezens in de hemelen en alle wezens op aarde, in Hem. In Christus hebben wij ook ons erfdeel ontvangen, daartoe voorbestemd door de beschikking van Hem die alles tot stand brengt naar het besluit van zijn wil, opdat wij verbreiden de lof van zijn heerlijkheid, wij, die reeds te voren onze hoop op de Christus hadden gebouwd. In Christus zijt ook gij, nadat gij het woord der waarheid, het evangelie van uw heil hebt aanhoord, in Hem zijt ook gij tot het geloof gekomen, vergezeld met de heilige Geest der belofte die het onderpand is van onze erfenis, tot verlossing van Gods eigen volk en tot lof van zijn heerlijkheid.)

ALLELUIA Mt., 11, 25


Geprezen zijt Gij, Vader van hemel en aarde, omdat gij de ge-heimen van het Koninkrijk aan kinderen geopenbaard hebt. Alleluia.



EVANGELIE Mc., 6, 7- 13


Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Marcus


In die tijd riep Jezus de twaalf bij zich en begon hen twee aan twee uit te zenden. Hij gaf hun macht over de onreine geesten en verbood hun iets anders mee te nemen voor onderweg dan alleen een stok: geen voedsel, geen reiszak, geen kopergeld in hun gordel. “Wel moogt ge sandalen dragen, maar trekt geen dubbele kleding aan." Hij zei verder: “Als ge ergens aan huis binnengaat, blijft daar tot ge weer afreist. En is er een plaats waar men u niet ontvangt en niet naar u luistert, gaat daar dan weg en schudt het stof van uw voeten als een getuigenis tegen hen." Zij vertrokken om te prediken dat men zich moest bekeren. Zij dreven veel duivels uit, zalfden veel zieken met olie en genazen hen.

Archief preken