Kies uw kerk

Preek van de week

2024-12-26. Een gelovig mens

Overweging, H. Familie, C

          Eerste lezing: Handelingen 6, 8:10 & 7, 54-60
          Evangelie: Mattheus 10, 17-22

Die mensen zijn erg gelovig’, hoor je soms zeggen. Wat bedoelen mensen eigenlijk als ze zoiets zeggen? Wat voor beeld hebben mensen van geloof? Dat ik wekelijks naar de kerk ga, dat ik vrijwilliger ben in de parochie? Moeilijk te zeggen, het is in ieder geval een etiket!

‘Een gelovig mens’. Wanneer ben je dat? Daar wil ik vanochtend samen met u even bij stilstaan. Stephanus gaat de weg van Jezus, lijkt op Hem. In de christengemeente van Jeruzalem was hij tot diaken gekozen. Het aantal gelovigen was zo gegroeid, dat de 12 apostelen het werk niet meer aan konden. Daarom werden er diakenen aangesteld, vooral om de zorg voor de armen in goede banen te leiden.

Maar, zo blijkt al snel, hij doet méér. Hij onderwijst, hij geneest, hij zet zich in op diverse terreinen. En juist daarom komt hij in conflict met de Joodse overheid. Stephanus laat precies zien wat geloof is: op de weg van Jezus gaan. Leven voor Hem, doen als Hij, worden als Hij. Is dat ook uw geloof, en het mijne?

Je kunt opvallend veel parallellen trekken tussen Stephanus en Jezus, in hoe hij is en in wat hij doet. Stephanus is vol van de Geest, zegt de Bijbel, net als Jezus. Stephanus deed ‘wonderen en grote tekens onder het volk’, net als Jezus. Stephanus geeft onderwijs, hij preekt, net als Jezus. En net als Jezus krijgt hij met weerstand te maken. Hij komt in soortgelijke twistgesprekken. Hij wordt vals beschuldigd. Hij komt voor de Joodse raad. Ja, net als Jezus wordt hij onschuldig veroordeeld.

H. Stephanus

H. Stephanus

Maar ook hij bidt nog voor zijn moordenaars: ‘Reken hen deze zonde niet toe!’ Stephanus volgt Jezus heel letterlijk en daarom kon Stephanus bidden voor zijn moordenaars? Omdat hij Jezus voor ogen had. Omdat de Geest die Jezus geeft, in Hem was. Dát is nu denk ik gelovig leven.

Zo eindigt de levensgeschiedenis van Stephanus, als gevolg van botsingen tussen mensen die zich allemaal gelovig noemen. In deze gebeurtenis zijn niet zomaar toeschouwers bij deze confrontatie. De vraag is: waar sta ik nu zelf? Hoe beleef ik nu mijn geloof? Ben ik bereid om mijn leven door Jezus te laten opschudden? Wat het antwoord ook is. Voor u allen een

          Zalig Kerstfeest.


Afbeelding: H. Stephanus

Heilige Stephanus wordt meestal afgebeeld in de kledij van de diaken, de dalmatiek. Het is vaak een jonge man zonder baard en met vriendelijke gelaatstrekken. Als attribuut draagt hij stenen die vaak op zijn hoofd, in zijn handen of op zijn schouders liggen, al dan niet bebloed.

Handelingen 6, 8-10 & 7, 54-60

          Stephanus aangeklaagd
In die dagen deed Stephanus, vol van genade en kracht, grote wondertekenen onder het volk. Sommige leden echter van de zogenaamde synagoge der Vrijgelatenen, Cyreneeërs en Alexandrijnen en sommige mensen uit Cilicië en Asia begonnen met Stephanus te redetwisten, maar zij konden niet op tegen de wijsheid en tegen de geest waarmee hij sprak.

          Stephanus vermoord en de Jeruzalemse gemeente vervolgd
Zij werden woedend en ze knarsetandden tegen hem. Maar Stephanus, vervuld van de heilige Geest, staarde naar de hemel en zag Gods heerlijkheid en Jezus, staande aan Gods rechterhand; en hij riep uit: 'Ik zie de hemel open en de Mensenzoon staande aan Gods rechterhand'. Maar zij begonnen luidkeels te schreeuwen, stopten hun oren toe en stormden als één man op hem af. Zij sleepten hem buiten de poort en stenigden hem. De getuigen legden hun mantels neer aan de voeten van een jongeman die Saulus heette. Terwijl zij Stephanus stenigden, bad hij: 'Heer Jezus, ontvang mijn geest'. Toen viel hij op zijn knieën en riep met luide stem: 'Heer, reken hun deze zonde niet aan’. Na deze woorden ontsliep hij.

Evangelie: Mattheus 10, 17-22

          Zending van de twaalf
In die tijd zei Jezus tot de twaalf: 'Neemt u in acht voor de mensen. Zij zullen u overleveren aan de rechtbanken en u geselen in hun synagogen. Gij zult voor stadhouders en koningen gebracht worden omwille van Mij, om zo ten overstaan van hen en de heidenen getuigenis af te leggen. Maakt u echter, wanneer men u overlevert, niet bezorgd over het hoe of wat van uw spreken: op dat ogenblik zal u worden ingegeven wat gij moet zeggen. Want niet gij zijt het die spreekt, maar door u spreekt dan de Geest van uw Vader. De ene broer zal de andere aan de dood overleveren, en een vader zijn kind; de kinderen zullen opstaan tegen hun ouders en hen ter dood doen brengen. Ge zult een voorwerp van haat zijn voor allen, omwille van mijn naam. Wie echter ten einde toe volhardt, zal gered worden'.

Archief preken