Preek 3de zondag van het jaar, A
Eerste lezing: Jesaja 8, 23b - 9, 3
Tweede lezing: Eerste brief van apostel Paulus aan de christenen van Korinte 1 Kor 1,10-13.17
Evangelie: Matteüs 4, 12-23
De stichting SIRE is een actie begonnen tegen de polarisatie in ons land. Want wat blijkt? Zo’n 1,4 miljoen Nederlanders hebben het contact met vrienden, familie en collega’s verminderd of helemaal beëindigd vanwege meningsverschillen over gevoelige onderwerpen zoals migratie, stikstof, corona, het klimaat of zwarte piet. Mensen zijn elkaar niet alleen uit het oog, maar vaak ook uit het hart verloren. Diep van binnen zouden we het anders willen. Mensen hebben er verdriet van als ze vervreemden van degenen die eigenlijk heel hecht met hun verbonden zijn.
Hier in onze geloofsgemeenschap wordt dat ook regelmatig en intens gevoeld. Het is nu bijna 10 jaar geleden dat polarisatie hier voor een scheuring zorgde. De zo vitale Antonius parochie is opgesplitst in twee groepen die allebei aangeslagen verder gingen. Achter alle grote woorden werd aan beide kanten een pijn gevoeld. Vooral als de verdeeldheid familieleden, buurtgenoten of vrienden uit elkaar dreef en dat is helaas gebeurd.
We zien het ook in groter verband gebeuren. In de wereldkerk gingen en gaan zogenaamde progressieven en conservatieven niet erg fatsoenlijk met elkaar om. Ze maken elkaar liever zwart, dan dat ze samen maaltijd houden. Ze steken hun voorkeur voor bepaalde kerkleiders niet onder stoelen of kerkbanken.
Sommige gelovigen, waaronder bisschoppen, maken paus Franciscus uit voor ketter en verheerlijken de onlangs overleden Duitse paus Benedictus. Een kleine groep fanatiekelingen schreeuwde bij zijn begrafenis: “Santo Subito” (Red: “onmiddellijk heilig”). Dat dat niet zozeer was uit piëteit met de persoon van Jozef Ratzinger, maar meer voortkwam uit de onbescheiden behoefte om hun mening te ventileren, is wel duidelijk. Omgekeerd kunnen progressieve katholieken ook lelijke dingen zeggen. Bijvoorbeeld over priesters die weer en priesterboord
dragen. Ik moet u bekennen dat ik mezelf daar ook meer dan eens schuldig aan gemaakt heb.
Matteus. 4, 12-23
We doen en denk ik allemaal wel eens aan mee, aan dat polariseren, terwijl we weten dat het onvruchtbaar is. Het levert niets op dan alleen maar meer onenigheid en onvrede.
Het is natuurlijk en schrale troost, maar we staan hier niet alleen in. Als we de brief van Paulus aan de Korintiërs mogen geloven, dan werd er ook in de prille oer-kerk al volop gekibbeld en geruzied. Ieder had zijn eigen leus, zo hoorden we. “Ik ben van Apollos”, riep de een. “En ik ben van Paulus”, riep weer een ander. En de derde “Ik van Kefas”.
Paulus heeft dat allemaal hoofdschuddend aangehoord en hij reageerde daarop met de wijze woorden: “Is Christus soms in stukken verdeeld?”
Nee natuurlijk niet. Christus is een mens uit één stuk, letterlijk en figuurlijk en Hij verlangt er vurig naar dag wij dat ook zijn. Dat en die eenheid voor ogen houden in ons samen-kerk-zijn. Het is goed om daar stil bij te staan nu we vandaag de week van gebed onder christenen afsluiten. Dat we in de spiegel durven kijken en ons afvragen in hoeverre wijzelf de eenheid ook werkelijk nastreven?
Altaar
Daarbij mogen we een voorbeeld nemen aan de vissers. Zij zijn het die Jezus tot zijn leerlingen roept. Geen theologen, geen Schriftgeleerden, maar noeste arbeiders die in weer en wind erop uitgaan, Zij voldoen bij Jezus aan de profielschets om het evangelie te verkondigen. Niet met fraaie en geleerde woorden maar met eerlijk handelen. Ne deden de vissers in Jezus’ tijd hun wel anders dan de beroepsvissers van nu. Simon en Andreas en hun maten hadden geen schepen met een dieseltank van 30.000 liter. Ze hadden nog geen moderne nylonnetten van enkele honderden meters lang. Ze hadden zelf geweven netten die ze met de hand uitlegden en binnen visten. Zo’n visnet noemen we een zegen.
Maar wil je daar werkelijk iets mee vangen, willen je inspanningen werkelijk “gezegend zijn”, dan is het de kunst om dat net aan twee kanten even gelijkmatig binnen te halen. Dat klinkt makkelijker dan het is. Het vereist een opperste concentratie en gerichtheid op de andere visser(s). Als het net aan de ene kant ook maar een beetje sneller wordt binnen gehaald dan aan de andere kant, dan komt het net een beetje omhoog en dan zijn de vissen in een oogwenk ontsnapt. Dat gaat razendsnel. Die beesten zijn echt niet gek. Aan de oever van het meer zag Jezus dat die eigenschap de vissers kenmerkt. Elkaar niet uit het oog verliezen, rekening houden met elkaar. In harmonie met elkaar samenwerken. Alleen dat levert iets op.
Het is een mooi beeld voor ons mensen die anno 2023 samen kerk willen zijn.
Het past helemaal bij de synodale kerk*), die we samen meer en meer mogen gaan vormen. Luisteren naar elkaar. Behoedzaam zijn in ons spreken. Elkaar niet uit het oog verliezen en samenwerken. We zijn allemaal leerlingen van een en dezelfde Jezus Christus van Nazareth.
Amen.
*) Als de kerk een synode houdt, bedoelt ze een programma van bijeenkomsten waarbij het hele Volk van God betrokken is om bepaalde vraagstukken te onderscheiden en de paus te helpen om tot besluitvorming te komen. Synodaliteit is niet zozeer een gebeurtenis, maar een proces en houding. Het is een actie van de Geest.
Techniek: mozaïek
Datum: 06e eeuw
Te bewonderen in: Basiliek van, San Apollinare Nuovo, Ravenna Italië
Op elke helft staan twee mensen. Op de rechter helft Jezus met achter zich -in het wit- een dienaar, om te onderstrepen hoe verheven Jezus is. Op de linker helft Petrus en Andreas in een bootje; Andreas zit en roeit, Petrus staat en haalt het visnet op.
Jezus is herkenbaar aan zijn kruisnimbus. Hij draagt een purperen bovenkleed. Dat was indertijd slechts voorbehouden aan de hoogste vorsten. Zijn linkerhand houdt Hij verborgen in de plooi van zijn gewaad. Zo lieten keizers zich afbeelden. Om Jezus’ majesteitelijke karakter nog meer te onderstrepen heeft de kunstenaar in de kruisnimbus kostbare edelstenen afgebeeld. Hier staat een machtig vorst.
Petrus is herkenbaar aan zijn witte, rondgeschoren haren. Andreas aan zijn verwarde haardos. Zij zijn gekleed in korte tunica’s. Petrus hanteert het visnet, Andreas de roeiriemen. Mooi hoe Petrus en Andrea’s ogen zichtbaar zijn en naar Jezus kijken en niet naar hun handen. Ze hebben geen aandacht voor de vangst in hun net. Drukt hun gelaatsuitdrukking verbazing uit? De machtigste heerser komt naar hen toe. Naar hen, gewone volkse vissers. Het zijn de zegenende uitnodigende hand van Jezus die de verbinding vormt tussen de vorstelijke wereld van Jezus en de wereld van de gewone werklui. Die hand reikt juist tot boven de plecht van hun bootje en het uiteinde van het visnet. En alsof dat al niet adembenemend genoeg is, nodigt Jezus ze uit naar zijn kant te komen en zich bij Hem aan te sluiten. Met de woorden: “Ik zal vissers van mensen van jullie maken”?.
Een helder licht
In vroeger tijd is er onteer gebracht over het land van Zebulon en Naftali maar in de toekomst zal eer bewezen aan de kuststreek, het Overjordaanse en het domein van de heidenen.
Het volk dat ronddwaalt in het donker, ziet een helder licht. Over hen die wonen in een land vol duisternis gaat een stralend licht op.Uitbundig laat U hen juichen en U overstelpt hen met vreugde; zij verheugen zich voor uw aanschijn zoals er vreugde is bij de oogst en gejuich bij het verdelen van de buit. Want het drukkende juk, de stang op hun schouders, de stok van de drijver, U breekt ze stuk als op de dag van Midjan.
Verdeeldheid in de gemeente
Broeders en zusters, ik doe u een beroep op u bij de Naam van onze Heer Jezus Christus. Weest allen eensgezind, laat er geen verdeeldheid onder u zijn; weest volkomen één van zin en één van gevoelen. Er is mij namelijk door de huisgenoten van Chloë over u verteld, broeders en zusters, dat er onenigheid onder u heerst. Ieder van u schijnt zijn eigen leus te hebben: ‘Ik ben van Paulus.’ ‘Ik van Apollos.’ ‘Ik van Kefas.’ ‘Ik van Christus.’ Is Christus dan in stukken verdeeld? Of zijt gij gedoopt in de naam van Paulus? Christus heeft mij niet gezonden om te dopen.
Hij heeft mij gezonden om het evangelie te verkondigen en dat niet met fraaie en geleerde woorden; anders zou het kruis van Christus zijn kracht verliezen.
Begin van Jezus’ verkondiging in Galilea
Toen Hij hoorde dat Johannes overgeleverd was, nam Hij de wijk naar Galilea. Met voorbijgaan van Nazaret vestigde Hij zich in Kafarnaüm bij het meer, in het gebied van Zebulon en Naftali, opdat vervuld zou worden wat bij monde van de profeet Jesaja gezegd is:
Land van Zebulon en land van Naftali,
aan de weg naar zee,
aan de overkant van de Jordaan,
Galilea van de heidenen!
Het volk dat in duisternis zit
heeft een groot licht gezien,
en over hen die in het land
en in de schaduw van de dood zitten,
over hen is een licht opgegaan.
Vanaf toen begon Jezus te verkondigen. Hij zei: ‘Bekeer u, want het koninkrijk der hemelen is ophanden.’
Roeping van enkele vissers
Toen Hij eens langs het meer van Galilea liep, zag Hij twee broers - Simon, die Petrus genoemd wordt, en zijn broer Andreas - het net uitwerpen in het meer; want het waren vissers. Hij sprak hen aan: ‘Kom achter Mij aan, en Ik zal jullie tot vissers van mensen maken.’ Meteen lieten ze hun netten achter en volgden Hem. Verderop zag Hij nog twee broers, Jakobus van Zebedeüs en zijn broer Johannes; ze waren in de boot met hun vader Zebedeüs hun netten aan het klaren. Hij riep hen. Meteen lieten ze de boot en hun vader achter en volgden Hem.
Een grote menigte volgt Hem
Hij trok rond in heel Galilea, terwijl Hij in hun synagogen onderricht gaf, de goede boodschap verkondigde van het koninkrijk, en elke ziekte en elke kwaal onder het volk genas.
Diakenwijding van Berend van de Berg
De Digidulfke uitgave november 2024 is uit
Veranderingen in het team van pastores
BUSREIS BEDEVAART KEVELAER 22 AUGUSTUS 2024
Eervolle penning voor Theamarie Geilleit en Jeanne van Hal