Preek Maria Tenhemelopneming, A
Eerste lezing: Apocalyps 11, 19a+ 12, 1-6a+10
Evangelie: Lucas 1, 39-56
De lofzang van Maria die we zojuist hoorden - het Magnificat - wordt door kloosterlingen wereldwijd dagelijks gezongen in de vespers. In deze lofzang klinken teksten uit het Oude Testament. In het bijzonder het Lied van Hanna, de moeder van de profeet Samuel. In oude maar herkenbare woorden bezingt Maria de grootheid van God. Zelf laat zij zich zien als bescheiden en dienstbaar. Maria bejubelt Gods zorg voor zijn volk en zijn handelen aan armen en geringen.
In de eerste lezing, het boek Openbaring, hoorden we over een vuurrode draak met zeven koppen en tien horens, en op elke kop een kroon. Een monster dat met zijn staart een derde van de sterren aan de hemel meesleept en ze op de aarde smijt … Je kunt het verhaal van Johannes afdoen als een fantasie, maar is dat ook zo?
Die draak staat symbool voor het monster dat doorheen de eeuwen tot op vandaag de mens heeft geteisterd. Het monster van moord en doodslag, van honger en ziektes, onderdrukking en vervolging. Het monster leeft ook nog vandaag. Armoede en er niet bij horen, werkeloosheid en de ellende door covid-19. We kunnen door zoveel monsters getroffen worden. De draak heeft immers veel meer dan zeven koppen.
De beide lezingen van vandaag zijn elkaars tegenovergestelde. Dit doet de Bijbel vaak. Tegenover het negatieve wordt het positieve benoemd. Tegenover de oude Elisabeth staat de jonge Maria. Tegenover de gewelddadige draak staat de geweldloze jonge vrouw. Zo wordt de hoop geboren in het leven van de arme, de werkloze, de zieke, de stervende.
Lucas 01, 39-56
Dat Maria uitverkoren wordt, toont echter aan dat God het juist wél opneemt voor de kleinen en de geringen. In het Magnificat laat Maria horen dat ze zich hiervan bewust is. Daarin juicht ze van vreugde omdat God welwillend neerziet op iedereen waaraan de groten en de rijken voorbijgaan. Dat is nog eens een boodschap van hoop. Hoor: je wordt gezien en je gaat niet verloren.
Om over na te denken. In dit laatste ligt nu de essentie van het feest van Maria ten Hemelopneming. In beelden verwoord: Maria ontvángt Gods Woord in haar hart en baart het aan de wereld. Ook is zij als beeld, poort van de hemel waardoor het Licht aan de wereld verschijnt: Jezus Christus, Gods Woord dat mens is geworden. Zoals Maria Jezus is gevolgd naar de hemel, zo mogen ook wij hen volgen. Want alles wat waardevol is wordt steeds gezien en zal nooit verloren gaan.
Amen
Door: Peter Paul Rubens (1577 - 1640)
Techniek: olieschets
Datum: 1611
Een ontwerp voor een altaarstuk.
De Heilige Maagd Maria wordt verondersteld in de hemel na haar hemelvaart te zijn omringd door de apostelen en heilige vrouwen. Koren van engelen begeleiden haar zoals zij ook haar Zoon Jezus Christus in de hemel hebben opgenomen.
De zevende trompet
Toen ging de tempel van God in de hemel open, en de ark van zijn verbond werd zichtbaar in zijn tempel.
De vrouw en de draak
Een groot teken verscheen aan de hemel: een vrouw, omkleed met de zon, de maan onder haar voeten en op haar hoofd een kroon van twaalf sterren. Zij was zwanger en schreeuwde in haar weeën en barensnood. Toen verscheen aan de hemel een ander teken: een grote, vuurrode draak. Hij had zeven koppen en tien horens, en op zijn koppen zeven diademen. Zijn staart vaagde een derde deel van de sterren aan de hemel weg en wierp ze op de aarde. De draak stond vóór de vrouw die zou baren, om haar kind te verslinden zodra zij het gebaard had. Zij baarde een kind, een zoon, die alle volken zal weiden met een ijzeren staf. Haar kind werd ijlings weggevoerd naar God en zijn troon. De vrouw vluchtte naar de woestijn, waar God voor haar een plaats had bereid om daar gevoed te worden.
En ik hoorde een stem in de hemel luid roepen: ‘Nu zijn de redding en de macht en het koningschap van onze God gekomen en de heerschappij van zijn Messias, want de aanklager van onze broeders is neergeworpen, hij die hen aanklaagde bij onze God, dag en nacht.
Maria ten Hemelopneming
Maria bij Elisabeth; Maria’s loflied
Na enkele dagen vertrok Maria met spoed naar het bergland, naar een stad van Juda. Zij ging het huis van Zacharias binnen, en begroette Elisabeth. Meteen toen Elisabeth de begroeting van Maria hoorde, sprong het kind op in haar schoot. Elisabeth werd vervuld met heilige Geest. Ze riep met luide stem: ‘Gezegend ben jij onder de vrouwen, en gezegend is de vrucht van je schoot. Waar heb ik het aan te danken dat de moeder van mijn Heer bij mij komt? Op het moment dat je groet mij in de oren klonk, sprong het kind van blijdschap op in mijn schoot. Gelukkige vrouw, zij die gelooft! Wat haar namens de Heer is gezegd, zal in vervulling gaan.’ Daarop zei Maria: ‘Met heel mijn hart roem ik de Heer, met al mijn adem juich ik om God, mijn redder; want Hij heeft omgezien naar zijn dienares in haar geringheid. Voortaan prijzen alle generaties mij gelukkig, want grote dingen heeft de Machtige met mij gedaan. Heilig is zijn naam, barmhartig is Hij, iedere generatie weer, voor wie Hem eerbiedigen. Hij heeft de kracht van zijn arm getoond, wie zich verheven waanden, heeft Hij uiteengeslagen. Machthebbers heeft Hij van hun troon gehaald, geringen gaf Hij een hoge plaats. Hongerigen overlaadde Hij met het beste, rijken heeft Hij met lege handen weggestuurd. Hij heeft het opgenomen voor Israël, zijn knecht, indachtig de barmhartigheid die Hij, zoals aan onze vaderen toegezegd, bewijzen wil aan Abraham en zijn nageslacht, voor eeuwig.’ Maria bleef ongeveer drie maanden bij haar; toen keerde ze naar huis terug.
Diakenwijding van Berend van de Berg
De Digidulfke uitgave novemer 2024 is uit
Veranderingen in het team van pastores
BUSREIS BEDEVAART KEVELAER 22 AUGUSTUS 2024
Eervolle penning voor Theamarie Geilleit en Jeanne van Hal