31ste zondag door het jaar, C
Eerste lezing: Boek der Wijsheid 11, 22-26. 12,1-2.
Evangelie: Lucas 19, 1-10
Je zou kunnen zeggen dat de schriftlezingen een beeld schetsen van God. Maar je kunt ze ook beluisteren als kritiek op de vele verkeerde beelden die men heeft. Mensen maken vaak een beeld van God dat lijkt op wat men tegenwoordig een selfie noemt. God is zoals ik vind dat Hij zijn moet.
In alle godsdiensten laat men God namelijk vaak optreden om de eigen normen en waarden veilig te stellen. God is dan het verlengstuk van het burgerlijk of kerkelijk gezag. Soms ook van het gezag van ouders tegenover hun kinderen. Mensen voelen dat hun eigen gezag tekortschiet en dan haalt men God er maar bij. Men beroept zich op God omdat men zelf argumenten mist. Maar God laat zich niet vangen. Ik denk ook dat Hij vreemd zal opkijken wanneer in onze dagen God en Allah tegenover elkaar geplaatst worden alsof dat twee verschillende goden zijn. God is één zeggen de christenen, zeggen de joden en zeggen de moslims. En dus hebben ze allemaal dezelfde God. Maar als het hen uitkomt hebben ze wel ieder weer hun eigen God.
Maar gelukkig laat Hij zich niet inpalmen noch door fundamentalisten, noch door kleingelovigen, noch door betweters, noch door moraalridders, noch door pastores, bisschoppen of regeringsleiders. Gelukkig blijft God zichzelf.
Dat wil zeggen: voor ieder van ons is Hij de kern van ons geweten.
God verzoent mij met het leven. God beschuldigt mij, als ik onrecht doe.
God waakt over mij, wanneer het leven zwaar wordt.
Hij is deel van ons leven en gelukkig is God groter dan ons hart.
In de eerste lezing verbaast de wijze zich erover een God te hebben, die zo groot van hart is. Want hoe kan het dat God zich bekommert om deze wereld, terwijl de aarde voor Hem toch niet meer is dan een stofje op de weegschaal, een vroege dauwdruppel die bij de minste warmte van de zon weer verdampt. In de ogen van God kan deze aarde toch niets voorstellen. Dat zou je kunnen denken ja, maar het omgekeerde is waar.
Lucas 19, 1-10
De evangelist Lukas laat in zijn evangelie daarom een aantal mensen de revue passeren, die door de samenleving op een onbarmhartige wijze worden uitgestoten. Vandaag gaat het over Zacheüs. Zacheüs nodigt Jezus uit om bij hem te komen, want wat je ook van Zacheüs kunt zeggen, ook hij is een zoon van Abraham. Tegenover het onbarmhartige oordeel van de samenleving staat de barmhartigheid van God en die laat Zacheüs niet vallen.
Onze God weet dat het steeds gaat om mensen met een eigen verhaal. Een verhaal dat Hij boeiend vindt en dat Hij serieus neemt.
De bijbel schetst ons daarom het beeld van God die groter is dan ons hart.
Door: Vlierdense kunstenaar Joep Coppens (geboren 1940)
Datum plaquette: 2008
Locatie: Sint-Willibrorduskerk Deurne
De plaquette in brons is van de Vlierdense kunstenaar Joep Coppens. Het is een Bijbels tafereel: de joodse tollenaar Zacheüs wordt door Jezus uit een boom naar beneden geroepen, omdat Hij bij hem te gast wil zijn. De aandacht die Jezus de woekeraar gaf had een louterend effect op hem.
Gods macht en liefde
Want de hele wereld is voor U als de kleinigheid die de weegschaal laat doorslaan en als een dauwdruppel die in de ochtendschemering op de aarde valt. Maar U ontfermt zich over iedereen, omdat U alles kunt en U telt de zonden van de mensen niet, om hen tot inkeer te laten komen. Want alles wat bestaat hebt U lief en U verafschuwt niets van wat U gemaakt hebt; als U iets zou haten, zou U het niet geschapen hebben. En hoe zou iets in stand zijn gebleven als U het niet wilde, of hoe zou iets bewaard zijn dat niet door U was geroepen? U spaart echter alles, omdat het van U is, U, Heer, die alles wat leeft bemint.
Uw onvergankelijke geest is in alles. Daarom straft U slechts gaandeweg degenen die zondigen; U wijst hen terecht door hun te laten zien waarin zij zondigen, zodat zij, uit hun slechtheid bevrijd, in U, Heer, geloven.
Bij Zacheüs
Jezus ging Jericho binnen en trok door de stad. Daar was een zekere man die Zacheüs heette. Hij was oppertollenaar en hij was rijk. Hij wilde wel eens zien wat Jezus voor iemand was, maar het lukte hem niet vanwege de mensenmassa, want hij was klein van stuk. Daarom rende hij vooruit en klom in een moerbeivijgenboom om Hem te zien te krijgen, want Hij zou daar voorbijkomen. Toen Jezus bij die plek kwam, keek Hij omhoog en zei tegen hem: ‘Zacheüs, kom vlug naar beneden; vandaag moet Ik in uw huis verblijven.’ Hij kwam vlug naar beneden en ontving Hem met vreugde. Iedereen die het zag sprak er schande van. ‘Hij neemt zijn intrek bij een zondaar’, zeiden ze. Zacheüs richtte zich tot de Heer. ‘Heer,’ zei hij, ‘hierbij geef ik de helft van mijn bezit aan de armen, en als ik iemand iets heb afgeperst, vergoed ik het viervoudig.’ Jezus zei tegen hem: ‘Vandaag is er redding gekomen voor dit huis, want ook hij is een zoon van Abraham. De Mensenzoon is immers gekomen om te zoeken en te redden wat verloren is.’
Diakenwijding van Berend van de Berg
De Digidulfke uitgave novemer 2024 is uit
Veranderingen in het team van pastores
BUSREIS BEDEVAART KEVELAER 22 AUGUSTUS 2024
Eervolle penning voor Theamarie Geilleit en Jeanne van Hal