Preek 33ste zondag van de advent, B
Eerste lezing: Daniël 12, 1-3
Evangelie: Marcus 13, 24-32
We naderen het eind van het kerkelijk jaar. Dan doemen steeds weer de lezingen op over het einde der tijden. Zo ook vandaag. Jezus doelt in het evangelie op de verschrikkingen: oorlogen en oorlogsgeruchten, dwaalleraren en vervolging, marteling en geweld tussen volken, en zelfs binnen het gezin. Schokkende dingen gebeurden in zijn generatie, zoals ze ook nu gebeuren. Wat we hiervan zien en horen in de media is vreselijk; we staan er niet te lang bij stil; morgen zal het weer meer van hetzelfde zijn. We zijn eraan gewend geraakt en gaan over tot de orde van de dag, totdat de verschrikking in ons eigen leven toeslaat, of iemand als Jezus op je weg komt.
Sommigen van ons hebben verschrikkingen in hun leven ervaren: de macht van geweld, vernedering, de onmacht van ziekte, een handicap die je overkomt, het verlies van een partner, of moeten meemaken, dat jouw kind sterft. Moeten we ellende die je overkomt vrezen? Ik heb daar vaak over nagedacht. Wat gebeurde er met mij, aan mij, in de nacht van mijn leven? Ik ervoer aan de ene kant een grote machteloosheid, van de andere kant ervoer ik ook de geweldige vitaliteit die in mij als mens steekt. Het was iets wat ik van mijzelf niet had kunnen dromen.
Een mens alleen kan zichzelf niet gelukkig maken; een mens kan ook een ander niet werkelijk gelukkig maken…. Niemand kan je immers zeggen hoe je leven moet: niet de kerk, niet de politiek, niet de wetenschap, de economie of de media. We moeten het doen met mensen, die net als Jezus niet schromen het achterste van hun tong te laten zien: hun pijn, hun verdriet, hun zorgen, hun angst uiten, en daarin tegelijk het vertrouwen laten zien dat in hen steekt. Dat heeft ook mij geholpen.
Ik hoorde een verhaal van een vader die dodelijk ziek was. Toen een zoon aan hem vroeg: “Kan ik nog iets voor je doen?”? De vader antwoordde: “Bid maar voor me”?. Waarop de zoon reageerde: “Dan had je me dit wel moeten leren”?. Daar zit een grote waarheid in. Iets wat je eerder niet geleerd hebt, kun je later niet doen!
Marcus 13, 24-32
Dit is ook het levensgetuigenis dat Jezus ons vandaag geeft. Vandaag leert Hij ons naar morgen te kijken. Hij leert ons dat nu leren vertellen over het leed dat je ziet en voelt, je helpt als je morgen al je zekerheden bent kwijt geraakt. Vertel uit je levenservaringen, vertel! Sluit je ogen niet voor het leed en de ellende, maar sper ze dan juist open en ervaar wat je niet denken of geloven kon, de belofte van Jezus: Ik ben er, zoals Ik er steeds voor je was. Hoe, dat ervaar jezelf als het zo ver is.
Amen
Uit: Prentencatechismus
Deze prent stelt het Laatste Oordeel voor. Jezus Christus zit op de wolken, omgeven door engelen, heiligen en de twaalf apostelen. Deze laatsten zullen samen met Hem de twaalf geslachten van Israël oordelen. Het kruis en vier engelen die op hun trompet blazen, gaan Jezus vooraf, om de mensen uit te dagen tot het oordeel. De heilige Maagd zit aan zijn rechterhand en aan het hoofd van de rechtvaardigen tegen wie Hij troostend zegt: “Kom, gezegenden van mijn Vader, neem het koninkrijk in bezit dat vanaf het begin van de schepping voor jullie klaar ligt”?. Aan zijn linkerhand stort de wrekende engel de verdoemden in de afgrond van de hel. Zij krijgen het verschrikkelijke vonnis: “Ga weg van Mij, vervloekten, naar het eeuwige vuur, dat aangelegd is voor de duivel en zijn engelen.”?
In die tijd zal de grote vorst Michaël opstaan om de kinderen van uw volk te beschermen. Want het zal een tijd van nood zijn, zoals er eerder nog geen is voorgekomen zolang er volken bestaan. Maar al degenen van uw volk die in het boek staan opgetekend, zullen in die tijd worden gered. En velen van hen die slapen in het land van het stof zullen ontwaken, sommigen om eeuwig te leven, anderen om de vernedering van een eeuwige schande te ondervinden. Dan zullen de wijzen stralen als de glans van het uitspansel en degenen die de mensen op het rechte pad hebben gebracht zullen schitteren als de sterren, voor eeuwig en altijd.
Onderricht over het einde
Maar in die dagen na de verschrikking zal de zon verduisterd worden, en de maan haar licht niet meer laten schijnen, en zullen de sterren van de hemel vallen en de hemelse machten wankelen. En dan zal men de Mensenzoon op wolken zien komen, met veel macht en heerlijkheid. Dan zal Hij de engelen uitzenden en zijn uitverkorenen verzamelen uit de vier windstreken, van het uiteinde van de aarde tot aan het uiteinde van de hemel. Leer van het beeld van de vijgenboom: als zijn twijgen zacht worden en zijn bladeren zich ontvouwen, dan weten jullie dat de zomer in aantocht is. Zo moeten jullie ook weten: wanneer je deze dingen ziet gebeuren, dan staat het vlak voor de deur. Ik verzeker jullie, deze generatie gaat niet voorbij voordat dit allemaal gebeurd is. Hemel en aarde zullen voorbijgaan, maar mijn woorden zullen niet voorbijgaan. Maar wanneer die dag of dat uur aanbreekt, weet niemand, de engelen in de hemel niet, de Zoon niet, maar alleen de Vader.
Diakenwijding van Berend van de Berg
De Digidulfke uitgave novemer 2024 is uit
Veranderingen in het team van pastores
BUSREIS BEDEVAART KEVELAER 22 AUGUSTUS 2024
Eervolle penning voor Theamarie Geilleit en Jeanne van Hal