Kies uw kerk

Preek van de week

2016-08-07. Ruimte geven.

        19de zondag door het jaar, C

 

Eerste lezing: Wijsheid 18, 6-9

Evangelie: Lucas 12, 32-48

De vakantietijd wordt ook wel eens voor wat het nieuws betreft de komkommertijd genoemd. Het gewone leven lijkt stil te staan. Politici zijn met vakantie, de kamer is met reces zoals dat heet, de kranten zijn dunner dan anders op de sportpagina’s na en het wereldgebeuren moet even wijken voor de zon, de camping en het terras. En het begin van de evangelielezing lijkt daar op in te spelen als Jezus zegt: Maak je niet nodeloos zorgen.

De oude Franse priester die onlangs werd vermoord heeft dit mooi verwoord in een artikel dat hij kort tevoren heeft geschreven voor het parochieblad. Ik las de tekst in het Eindhovens Dagblad. Hij beschrijft hoe mensen tijdens de vakantie kunnen genieten van de natuur en van elkaar. Hij ziet de vakantietijd daarom ook als een vorm van bezinning en hij schrijft dan: “Ik hoop dat we op zulke momenten de uitnodiging van God kunnen horen om ons te bekommeren over deze wereld, en om daar waar we wonen er een warmere, menselijkere en broederlijkere wereld van te maken.”?

Het leven heeft ons veel te bieden en juist door afstand te nemen van alles wat je door het jaar bezig houdt zie je beter wat echt belangrijk is. Vakantie betekent dan: ruimte geven aan je dromen en idealen, aan je geloof.

Maar de evangelielezing van deze zondag is lastig. Na de opmerking van Jezus dat we ons niet nodeloos zorgen moeten maken komt de gelijkenis van de rentmeester. En meteen is het vakantiegevoel voorbij. De rentmeester, dat is in onze tijd de manager, de directeur of de bestuursvoorzitter van een grote onderneming, van een zorginstelling, of de politicus. In onze materialistische en kapitalistische samenleving hebben die een sleutelpositie. Hoe gaan zij om met hun verantwoordelijkheid voor de samenleving, voor hun personeel? Te vaak worden mensen ondergeschikt gemaakt aan financiële belangen. De verhalen over de zorginstellingen die de laatste tijd te horen en te lezen zijn laten zien hoe we daar mee worstelen.

Houd je lampen brandend

Houd je lampen brandend

Toch gaat het in het evangelie niet om de directeur of de manager. Het gaat om ieder van ons. Jezus gebruikt dit beeld van de rentmeester met name om aan te geven hoe zijn leerlingen met elkaar moeten omgaan. En dat heeft te maken met trouw, met respect en met zorg voor elkaar, voor de wereld waarin we leven. Het is niet moeilijk om dat voor ons zelf verder in te vullen.
En datzelfde mogen we van onze God verwachten. Dat is ten diepste de reden dat we ons geen zorgen hoeven te maken. Ook Hij heeft zorg voor ons, is ons trouw en heeft respect voor ons. We hoorden in het evangelie immers dat de Heer bij zijn thuiskomst zelf dienaar wordt.

Vakantie, het kan je ruimte geven om in het gewone leven te zien waar het om gaat en daarvan te genieten. En dan komt die warmere menselijkere wereld vanzelf.

 

Amen

Wijsheid 18, 6-9

        Dood van eerstgeborenen
Die nacht was aan onze vaderen tevoren bekendgemaakt, zodat zij, zeker wetend op welke eden zij vertrouwden, vol vreugde zouden zijn. Wat door uw volk verwacht werd was: redding voor de rechtvaardigen en ondergang voor de vijanden. Want door datgene waarmee U de tegenstanders strafte, hebt U roem verleend aan ons, de door U geroepenen. In het verborgene brachten de heilige zonen van de vrome mensen hun offer en zij aanvaardden eensgezind de goddelijke Wet, dat de heiligen gelijkelijk zouden delen in dezelfde goede dingen en dezelfde gevaren; vooraf zongen zij reeds de lofzangen van hun vaderen.

Evangelie: Lucas 12, 32-48

        Maak je geen zorgen!
Wees niet bang, kleine kudde, want het heeft jullie Vader behaagd je het koninkrijk te schenken. Verkoop uw bezittingen en geef aalmoezen. Zorg voor beurzen die niet verslijten, een onuitputtelijke schat in de hemel, waar geen dief bij kan komen en die geen mot kan aantasten. Want waar je schat is, daar zal ook je hart zijn.

Blijf wakker!
Houd je lendenen omgord en je lampen brandend. Jullie moeten net zo doen als mensen die hun heer opwachten wanneer hij thuiskomt van de bruiloft, om hem, als hij komt en aanklopt, meteen te kunnen opendoen. Gelukkig zijn de knechten die de heer wakend aantreft bij zijn komst. Ik verzeker jullie dat hij zich omgordt, hen aan tafel nodigt en rondgaat om hen te bedienen. Gelukkig zijn zij als hij hen zo aantreft, ook al komt hij om middernacht of nog later. Bedenk wel: als de heer des huizes geweten had hoe laat de dief komen zou, dan had hij de inbraak wel verhinderd. Ook jullie moeten voorbereid zijn, want de Mensenzoon komt op een uur waarop je het niet verwacht.’

De verantwoordelijkheid van de beHeerder
‘Heer, vertelt U deze gelijkenis met het oog op ons of voor iedereen?’ vroeg Petrus. De Heer antwoordde: ‘Ja, wie zou die trouwe, verstandige beheerder zijn, die de heer zal aanstellen om zijn werkvolk op tijd hun eten te geven? Gelukkig de knecht die daarmee bezig is wanneer zijn heer komt. Ik verzeker jullie, hij zal hem aanstellen over al zijn bezittingen. Maar als die knecht bij zichzelf zegt: “Mijn heer komt nog lang niet”?, en de slaven en slavinnen mishandelt, en zelf gaat zitten eten en drinken, en zich gaat zitten bezatten, dan komt de heer van die knecht op een dag waarop deze hem niet verwacht en op een uur dat hij niet kent. Dan zal hij hem onthoofden en hem het lot van de trouwelozen laten delen. De knecht die weet wat zijn heer wil, maar niets heeft voorbereid of niet heeft gehandeld naar de wil van zijn heer, zal zwaar worden gestraft. Maar wie die wil niet kent, en heeft gedaan wat slaag verdient, zal licht worden gestraft. Van ieder aan wie veel is gegeven, zal veel worden geëist, en wie veel is toevertrouwd, van hem zal des te meer worden gevraagd.

Archief preken