Preek 2de zondag van Pasen, B
Eerste lezing: Handelingen 4, 32-35
Evangelie: Johannes 20, 19-31
Mijn moeder begon vroeger net voor Pasen het hele huis op zijn kop te zetten. Alles moest schoon gemaakt worden, op zijn paasbest moest het er uitzien.
Een mooi moment want dan kwamen ook onverwachte zaken naar voren zoals bijvoorbeeld een schoenendoos met oude foto’s een trouwfoto, Het gezin, een oude schoolfoto.
Die eerste christenen hadden geen foto's, maar ze hadden wel beelden in hun hoofd en natuurlijk verhalen. Vandaag horen we zo’n verhaal, lezen we over een groep van het begin die één van hart en ziel was. De rijken schonken een deel van hun bezittingen aan geloofsgenoten die tekort kwamen. Niemand kwam tekort. Dat was fantastisch! Zo'n herinnering wordt wellicht nog wat mooier voorgesteld dan de werkelijkheid was, maar dat mag, want zo'n beeld, zo'n voorbeeld kan dienen als ideaal om naar te streven. Voor een foto willen we ook vaak alleen lachende mensen.
Schitterend zoals die apostelen na Jezus' dood elkaar overeind hielden en dan plotseling Jezus in hun midden ervaren als ze, denken en handelend als hij bij elkaar zijn. Zelfs een twijfelaar zoals Thomas wordt in de groep verdragen en tenslotte nog over de streep getrokken. Dat is een beeld om nooit te vergeten vooral niet als al kort daarna ook onder de eerste christenen de meningen uiteen lopen en menige twijfelaar het pas verworven geloof voor de voeten loopt.
Dit zijn verhalen, beelden uit het velden die ook voor ons een bemoediging zijn. Er zijn sinds die tijd trouwens nog heel wat van die verhalen bij gekomen. De geschiedenis laat heel wat eensgezinde christenen zien, die van elk bezit afstand hebben gedaan gewoon voor de ander die tekort komt. Christenen hebben elkaar gesteund en vastgehouden door tegenslagen en vervolgingen heen. En ze doen dat in onze tijd op veel plaatsen nog. Ook al zit het tegen, in het leven, in de kerk, al zijn we soms verdeeld. Met elkaar uithouden, lijkt de opdracht, ook van toen, de twijfelaars en de betweters.
Het kan niet uit blijven of we worden weer teruggeworpen op allerlei kortzichtig geruzie in alle geledingen van Gods kerk over conservatief en progressief, teruggeworpen op de armen en onderdrukten die worden vergeten, op twijfelaars en onverschilligen om ons heen en gekrakeel over leerstellingen en standpunten.
Dan zijn die ideaalbeelden uit verleden en heden onmisbaar om overeind te blijven.
Dat is de goede raad die ons vandaag wordt meegegeven: Haal dat album of die doos, die mooie beelden van het verleden regelmatig voor de dag om ons er nu door te laten bemoedigen. Vergeet de tegenstellingen en zoek naar wat verbindt. Het is nog lang niet alles, maar het kan, net als toen. Het kan best wat worden.
Door Peter Paul Rubens (1577 - 1640 )
Olieverf op paneel (146 ?? 233 cm) ”? 1613-1615
Museum Koninklijk Museum voor Schone Kunsten, Antwerpen
Jezus toont Thomas zijn hand, waarin het gat van de spijker duidelijk zichtbaar is.
Opvallend aan dit werk van Rubens is het ontbreken van de wond in de zij, die tijdens de kruisweg door een Romeinse soldaat met een lans was toegebracht.
Op de zijpanelen van het drieluik zijn de opdrachtgever en zijn vrouw afgebeeld: de Antwerpse patriciër, burgemeester en humanist Nicolaas Rockox. Het schilderij was bestemd voor hun grafkelder.
Johannes 20, 19-31
Gemeenschapszin en groei van de gemeente; bedrog ontmaskerd
De grote groep gelovigen was één van hart en ziel en er was niemand die iets van zijn bezittingen zijn eigendom noemde; integendeel, alles stond ter beschikking van de gemeenschap. Met grote kracht legden de apostelen getuigenis af van de opstanding van de Heer Jezus, en zij werden allen rijkelijk begunstigd. Er was immers niemand onder hen die gebrek leed, want allen die grond of huizen bezaten verkochten hun bezit, gingen met de opbrengst naar de apostelen, en legden die aan hun voeten. Daarvan werd uitgedeeld aan een ieder, al naar gelang hij nodig had.
Verschijning aan de leerlingen
Op de avond van die eerste dag van de week waren de leerlingen bij elkaar. Hoewel de deur op slot was uit vrees voor de Joden, kwam Jezus. Ineens stond Hij in hun midden en zei: ‘Vrede!’ Na deze groet toonde Hij hun zijn handen en zijn zijde. Vreugde vervulde de leerlingen toen ze de Heer zagen. ‘Vrede’, zei Jezus nogmaals. ‘Zoals de Vader Mij gezonden heeft, zo zend Ik jullie.’ Na deze woorden ademde Hij over hen. ‘Ontvang de heilige Geest’, zei Hij. ‘Als jullie iemand zijn zonden vergeven, dan zijn ze ook vergeven; als jullie ze niet vergeven, dan blijven ze behouden.’ Tomas, een van de twaalf, ook Didymus genaamd, was er niet bij toen Jezus kwam. De andere leerlingen vertelden hem: ‘We hebben de Heer gezien.’ Maar hij zei: ‘Ik wil zijn handen zien, met de gaten van de spijkers erin; ik wil ze met mijn vingers voelen. Ik wil met mijn hand de opening in zijn zijde voelen. Anders geloof ik niet.’ Acht dagen later waren de leerlingen weer bijeen, en nu was Tomas erbij. Hoewel de deur op slot was, kwam Jezus. Ineens stond Hij in hun midden en zei: ‘Vrede!’ Vervolgens richtte Hij zich tot Tomas: ‘Kijk maar, hier zijn mijn handen; kom nu maar met je vinger. En kom met je hand om de opening in mijn zijde te voelen. Wees niet langer ongelovig, maar gelovig.’ Hierop zei Tomas: ‘Mijn Heer! Mijn God!’ Jezus zei: ‘Omdat je Me gezien hebt geloof je? Gelukkig zij die zonder gezien te hebben toch tot geloof komen.’ Nog veel andere tekenen heeft Jezus voor de ogen van zijn leerlingen verricht, die niet in dit boek zijn neergeschreven. Die welke u hier vindt, zijn neergeschreven opdat u zult geloven dat Jezus de Messias is, de Zoon van God, en opdat u door te geloven leven zult bezitten in zijn naam.
Diakenwijding van Berend van de Berg
De Digidulfke uitgave november 2024 is uit
Veranderingen in het team van pastores
BUSREIS BEDEVAART KEVELAER 22 AUGUSTUS 2024
Eervolle penning voor Theamarie Geilleit en Jeanne van Hal